Sinds drie jaar is Sanne van Milt directeur van Wereldschool de Vlinder in Apeldoorn. Deze school is een initiatief van de grote schoolbesturen in de gemeente Apeldoorn, gericht op kinderen met een taalachterstand. Denk aan statushouders, arbeidsmigranten en vluchtelingen vanuit het asielzoekerscentrum Apeldoorn en uit Oekraïne. Omdat veel van deze leerlingen gebaat zijn bij specifieke zorg in de vorm van logopedie, oefentherapie en speltherapie besloot Sanne om deze zorg binnen de muren van de school te organiseren. ‘Dit werkt heel fijn en het is laagdrempelig voor ouders, kinderen en leraren.’
Voordat ze naar Apeldoorn kwam, was Sanne directeur van een basisschool in Duindorp, Den Haag. Daar werkte ze al met zorgprofessionals in school. Ze vertelt: ‘Deze ervaring heb ik meegenomen naar Apeldoorn. Ouders zijn vaak in meer of mindere mate wantrouwig richting zorgverleners. De school beschouwen ze daarentegen als een fijne en veilige plek. Door onderwijs en zorg te combineren, normaliseer je de zorgverlening en maak je voor ouders de drempel om ondersteuning te vragen en accepteren lager.’
‘Het creëren van een spreekkamer die voldeed aan de richtlijnen voor de zorg die we wilden leveren, was essentieel voor een succesvolle samenwerking.’Sanne van Milt, schooldirecteur
De samenwerking vormgeven
Over het tot stand komen van de samenwerking vertelt Sanne: ‘Het idee kwam vanuit mij, maar het zijn onze ib’ers die het plan hebben uitgewerkt en ermee aan de slag zijn gegaan. Zij hebben verschillende zelfstandige praktijken in Apeldoorn benaderd om te kijken of een samenwerking mogelijk was. Daar kregen ze over het algemeen positieve reacties op. De meeste zorgverleners dragen onze leerlingen een warm hart toe en willen daar graag tijd voor maken in hun agenda. Een voorwaarde was wel dat we op school een spreekkamer konden creëren die voldeed aan de richtlijnen voor de zorg die we wilden leveren. Dat is gelukt. Daarnaast was het belangrijk dat de therapeuten en logopedisten zorg konden verlenen vanuit de Regeling Medische zorg Asielzoekers (RMA). Normaal gesproken geven wij bij ouders aan dat wij denken dat een verwijzing van de huisarts nodig is, zodat de zorgverzekering het vergoedt. Voor kinderen zonder verblijfsstatus ligt dit anders. Zij hebben ook recht op zorg, maar dan via de RMA. Hier zijn we in het verleden tegenaan gelopen met een logopedist die deze zorg niet mocht leveren. Daarom hebben we specifiek gezocht naar zorgverleners die dit wel konden. Met succes, inmiddels hebben we een fijne samenwerking met een logopedist, speltherapeut en kinderoefentherapeut die op vaste momenten op school aanwezig zijn.’
‘Het team ziet de zorgprofessionals echt als collega’s.’Sanne van Milt, schooldirecteur
Een professionele en open werkcultuur
‘Een andere voorwaarde voor succes is dat het team ervoor open staat’, aldus Sanne. ‘Dit vraagt om een professionele en open werkcultuur. Dit zit bij ons wel goed. We zijn gewend om samen te werken en een gezamenlijke verantwoordelijkheid te dragen. Dit doen we allemaal vanuit onze eigen expertise. Het team ziet de zorgprofessionals hierbij echt als collega’s. Met elkaar dragen ze bij aan de kwaliteit van het onderwijs en de ontwikkeling van de leerlingen. Doordat de therapeuten en logopedist op school aanwezig zijn, verloopt die samenwerking heel natuurlijk. De zorgprofessionals kunnen bijvoorbeeld na afloop van de lessen even bij een leraar binnenlopen voor een terugkoppeling of om tips te geven voor de begeleiding in de klas. Op die manier weten de leraren beter waar de kinderen staan in hun ontwikkeling en wat zij zelf kunnen doen om die ontwikkeling te stimuleren. Andersom kan een leraar of ib’er ook aan de logopedist of therapeut vragen of zij eens willen meekijken tijdens een les om te bepalen of een leerling gebaat kan zijn bij extra ondersteuning. Die korte lijntjes werken erg fijn.’
Uitdagingen in de samenwerking met jeugdzorg
Daarnaast werkt Wereldschool de Vlinder samen met Jeugdbescherming, voogdijinstellingen en het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Daar zitten soms nog wat uitdagingen in. Sanne: ‘Dit heeft onder andere te maken met personeelstekorten bij Jeugdbescherming en Nidos, de voogdijinstelling voor vluchtelingenkinderen. Hierdoor verloopt de communicatie minder makkelijk. CJG probeer ik zo veel mogelijk bij de school te betrekken om ook die zorg te normaliseren voor kinderen en ouders. We zijn alleen nog niet zo ver dat zij een dag in de week spreekuur op school houden. Dit komt doordat wij als school een aparte categorie vormen als je kijkt naar de doelgroep en bijbehorende hulpvragen. Hierdoor sluit een samenwerking niet naadloos aan op de bestaande werkwijze van het CJG. Zij hebben bijvoorbeeld een vaste, wijkgerichte aanpak, terwijl onze leerlingen uit de hele gemeente Apeldoorn komen. Toch heb ik goede hoop dat het uiteindelijk lukt om ook iemand van het CJG een dag in de week op school te hebben.’
‘We proberen steeds nieuwe wegen te bewandelen om leerlingen zo goed mogelijk te helpen in hun ontwikkeling.’Sanne van Milt, schooldirecteur
Veerkracht van leerlingen vergroten
Ze vervolgt: ‘Zorg en onderwijs overlappen elkaar soms. Zeker bij ons op school. Onze leerlingen hebben over het algemeen veel meegemaakt. Zij hebben een steuntje in de rug nodig om normaal te kunnen functioneren in de klas. Daarom zijn we in de bovenbouw een pilot gestart om de veerkracht van leerlingen te vergroten. Dit doen we met het samenwerkingsverband passend onderwijs (SWV Apeldoorn) en de schoolmaatschappelijk werker. Zij geven trainingen en helpen de leerlingen bij het ontwikkelen van meer zelfvertrouwen en veerkracht. Hiermee verhelp je een trauma niet, maar je haalt er wel de scherpe kantjes af waardoor ruimte ontstaat om nieuwe dingen te leren. Bij positieve resultaten gaan we kijken of we hier een structureel programma van kunnen maken met een bijdrage vanuit CJG. Op deze manier proberen we steeds nieuwe wegen te bewandelen en samenwerkingen te zoeken om leerlingen zo goed mogelijk te helpen in hun ontwikkeling.’
Tips van Wereldschool de Vlinder voor een succesvolle samenwerking met zorg
- Bundel de krachten op basis van wat op jouw school nodig is. Zoek de samenwerking op met partijen die de benodigde hulp kunnen bieden.
- Haal de hulp de school in. Dit maakt het laagdrempelig voor ouders en kinderen, waardoor zij vertrouwen hebben in de hulp die wordt geboden.
- Creëer een open en professionele werkcultuur, waarin verschillende disciplines gelijkwaardig met elkaar samenwerken. Hierdoor ontstaan er korte lijntjes.
Een centrale aanpak werkt het beste
‘Voor de toekomst hoop ik dat we uiteindelijk een eigen locatie krijgen op een centrale plek in Apeldoorn. We zitten nu verspreid over twee tijdelijke gebouwen, maar we zijn in gesprek met de gemeente over een vaste plek. Uiteraard ook weer met ruimte voor externe zorgpartners. Het liefst wil ik alles onder een dak brengen, dus het basisonderwijs en de zorg plus de Internationale Schakelklas (ISK) en de taallessen voor volwassenen. Zo kunnen we alle nieuwkomers in Apeldoorn een goede start geven en ze de weg wijzen binnen ons onderwijs- en zorgsysteem. Een centrale aanpak werkt volgens mij het beste. Dat geldt voor onze school, maar net zo goed voor reguliere basisscholen. Mijn tip is daarom: bundel de krachten op basis van wat op jouw school nodig is. In ons geval zijn dit dingen als logopedie, speltherapie, kinderoefentherapie en het ontwikkelen van veerkracht. Op een andere school ligt misschien de focus op hulp bij faalangst, medische problemen of juist hoogbegaafdheid. Het gaat erom dat je met elkaar een win-winsituatie creëert. De leerlingen krijgen betere kansen om zich te ontwikkelen en de zorg- en onderwijsprofessionals versterken elkaars expertise.’
Verkenning naar samenwerking tussen onderwijs en zorg
Dit praktijkverhaal is onderdeel van een verkenning naar de manieren waarop het onderwijs de samenwerking met zorg vormgeeft. Dit met als doel om scholen te stimuleren in het succesvol vormgeven van die samenwerking. Binnen deze verkenning worden verschillende praktijkverhalen opgehaald en ter inspiratie verspreid.
Al eerder deed het Arbeidsmarktplatform PO onderzoek naar de manieren waarop het primair onderwijs samenwerkt met andere partijen. Dit heeft geresulteerd in de literatuurverkenning Samenwerken is vermenigvuldigen en de verkenning De kracht van samenwerking. Hieruit blijkt onder andere dat er geen blauwdruk bestaat voor de samenwerking en dat scholen zoekende zijn in hoe ze dit kunnen vormgeven. Ook is er nog weinig bekend over de verschillende bevorderende en belemmerende factoren en de effecten voor de onderwijsprofessionals. Naar aanleiding van deze verkenningen heeft het Arbeidsmarktplatform PO besloten verder onderzoek te doen naar samenwerking tussen schoolorganisaties en externe partijen.